Bij mijn afscheid van Daltonschool Overschie, waar ik een aantal jaar met de kinderen en het team had gefilosofeerd, kreeg ik het prentenboek ‘Is het een appel?’ van Shinsuke Yoshitake cadeau. Yoshitake is een Japanse schrijver/illustrator met een heldere, ongekunstelde stijl. In een online interview vertelt hij over zijn voorliefde voor de kleine gebeurtenissen, de onbeduidende handelingen en patronen in het leven en de wereld – zo triviaal dat je ze onmiddellijk zou vergeten als je er geen notitie van maakt. Dus dat doet hij veelvuldig in zijn notebooks, als voorstudies voor tekeningen in zijn prentenboeken. Yoshitake maakt prentenboeken die op een veelzijdige en lichtvoetige manier universele vraagstukken behandelen vanuit het perspectief van kinderen. Dat is ook de manier waarop hij in het leven staat en de taak die hij zich als illustrator stelt: wanneer het wereldnieuws hem van zijn stuk brengt, zoekt hij naar andere manieren van kijken en beleven, naar de humor in het leven, en brengt hij die in beeld. Ik kocht nog twee (Engelstalige) boeken van Yoshitake. Ze geven inspiratie tot gesprekken met kinderen, maar zijn ook fijn voor hen om zelf te lezen. Mijn jongste zoon (bijna 9) is fan.
Is het een appel?
Op een dag kwam ik thuis van school. ‘Hé, wat is dat?’ Er lag een appel op tafel. Maar wacht eens even! Is het wel een appel?
De hoofdpersoon in het boek laat zijn fantasie op de vrije loop: Misschien is de appel een opgerolde rode vis, een machinaasappel of een ei met een kuikentje erin. Wie weet is het een planeet met kleine klokhuiskabouters. Is het oma die zich heeft vermomd? Het boek gaat verder dan fantaseren. Het laat zien vanuit hoeveel verschillende perspectieven je zoiets eenvoudigs als een appel kunt bekijken. Denkend vanuit vorm, kleur, functie, herkomst, karakter en context komen er allerlei associaties en ideeën. Sommige zijn zo vergezocht of absurd dat je direct kunt bedenken dat het niet waar is. Maar andere zijn zo gek nog niet. En die leiden tot allerlei vragen: Als een baby voor het eerst een appel ziet, weet hij dan dat het een appel is? Hoe leer je dat een appel een appel is? Hoe weet je dat het echt en waar is wat je ziet? Heb je je zintuigen nodig om dat te bepalen, of zijn er andere manieren?
Can I build another me?
I was fed up with doing things I didn’t want to do. Homework, tidying up, helping around the house – how boring! I’d much rather have fun instead. One day I had a great idea. I would build another me. Then he could do everything for me.
In dit boek koopt de hoofdpersoon een robot om zichzelf te vervangen. De robot wil precies weten wie de jongen is voor wie hij werkt. Na alle zichtbare en meetbare feiten, blijven er nog veel vragen over. ‘What makes you YOU?’ Dat is een verwarrende vraag, wie ben je echt? Ook hier zijn weer veel perspectieven mogelijk. Wie je bent blijkt uit wat je leuk vindt of juist niet, waar je goed in bent en wat je moeilijk vindt. Je bent waar je vandaan komt, de plekken waar je thuishoort en de sporen die je achterlaat. Ondertussen groei je en verander je steeds. Je hebt gedachten die niemand kent. En ben je niet ook wat anderen van je denken? Hoe meer je erover nadenkt wie je bent, hoe meer vragen er ontstaan.
What happens next?
Grandpa died the other day. When we were clearing out Grandpa’s room, we found a notebook under the bed. On the cover he had written ‘What Happens Next? The notebook was full of Grandpa’s thoughts and sketches and aswers to questions such as, ‘When I die, who will I become and what do I want to happen?’
Denken over de dood was zelden zo plezierig als aan de hand van dit boek. Opa heeft een paklijst gemaakt voor zijn reis naar de hemel en een verlanglijstje voor als hij reïncarneert. Ook heeft hij gespreksonderwerpen voorbereid voor een ontmoeting met verschillende goden. Hij heeft souvenirs ontworpen waardoor de levenden zich hem kunnen herinneren. Hij stelt zich de hemel voor (en ook de hel). Het lijkt erop dat opa zich heeft vermaakt met zijn notebook. Ondanks de rijkheid aan humoristische en levendige ideeën rijst bij de hoofdpersoon echter de vraag: Keek opa ernaar uit om dood te gaan? Was hij bang? Of allebei? Onze diverse gedachten over de dood zijn ook in dit boek, zoals Yoshitake dat graag doet, verpakt in triviale gebeurtenissen en handelingen. Hij nodigt de lezer uit om na te denken hoe die zelf hoopt dat het leven na dit leven zal zijn. Zijn er dingen die je wenst, die je je voorstelt – terwijl je ze nu al zou kunnen doen? Zijn de dood en het leven twee gescheiden werelden? Waar ontmoeten ze elkaar?
Ik kijk al uit naar het verschijnen van Yoshitakes nieuwste boek in deze serie: ‘Why do I feel like this?’ dat zal verschijnen in februari 2020.